Geluiden bewegen zich door de lucht en worden via het oorkanaal doorgeleid naar het trommelvlies. In het trommelvlies worden ze dan doorgestuurd via het midden-oor, door de kleinste botjes in ons lichaam, (de hamer, het aambeeld en stijgbeugel), naar het binnenoor.
Het binnenoor zend op zijn beurt het geluid naar de achtste hersenzenuw en die zorgt ervoor dat het het centrale zenuwstelsel bereikt.
Enstig gehoorverlies, wat medische aandacht nodig zal hebben, treft
ongeveer 2% van de 1000 pasgeborenen. Onder te vroeg geborenen of
meerlingen ligt dit percentage hoger.
In bijna alle gevallen gaat het om schade aan het binnenoor. Hoogst zelden is de zenuw of het centrale zenuwstelsel beschadigt.
Waarom stellen we de vraag, of de noodzaak van het zo vroeg mogelijk ontdekken van gehoorproblemen noodzakelijk is.
Vlak voor de geboorte, heeft een kind al een volledig ontwikkeld gehoorsysteem en kan het al geluiden opvangen en verwerken in de baarmoeder. Stimulering van dit complexe systeem moedigt de verdere ontwikkeling van het horen aan en de belangrijke onderdelen van de verdere spraakontwikkeling worden in het eerste levensjaar opgezet en verder ontwikkeld.
De ernst van een afwijking aan het gehoor kan een fundamentele bijdrage aan fouten in herkenning en spraakontwikkeling veroorzaken bij een kind. Gehoorverlies in beide oren werken ten nadele op de vaardigheid van een kind;
- om te communiceren,
- interactie te hebben met zijn omgeving
- zijn intellectuele en sociale ontwikkeling.
Men constateerd gehoorverlies meestal tussen de 21ste en 47ste maand.
In de meeste gevallen is er reeds een vertraging in de spraakontwikkeling opgetreden.
Diverse audiologische- en kinderhoorcentra pleiten voor een algemeen
hooronderzoek bij elke pasgeborene om eventuele veranderingen te kunnen
opmerken en daaropvolgend, als er een vermoeden is van een ernstige
mate van gehoorverlies, te beginnen met speciale kinderhoortesten.
Maar vooraf is een uitgebreid medisch onderzoek uiteraard nodig als
eerste stap.
Wanner men eenmaal gehoorverlies heeft geconstateerd, dan zal men als
eerste na moeten gaan of het verlies aan een oor is of aan beide oren
en tevens nagaan wat de ernst van de gehoorschade is. Dit houdt in;
Heeft het kind nog een restgehoor?
Deze informatie is van cruciaal belang wanner het komt tot het
aanpassen van een traditioneel hoorapparaat of een cochleair
implantaat.
Welke vorm zich ook voordoet het is van eminent belang dat de ouders
vanaf het begin goed worden begeleid en voorzien worden van goed
onderbouwd medisch advies en eventueel psychologische hulp.
Maar hoe werkt dit hooronderzoek en wat kunnen we er van verwachten?
Er zijn een tweetal bewezen procedures.
In de eerste worden diverse akoestische stimulansen gebruikt om otoakoestische emissie te meten.
De tweede methode kijkt naar de hersengolven, deze reageren op de juiste akoestische stimulans.
Deze staan bekend als audiometrisch geëvokeerde potentialen.
Echter hierbij geldt dat alle relevante onderzoeken moeten worden
uitgevoerd tussen het eerste en het derde levensjaar van het kind.
Uiteraard is een vervolgonderzoek noodzakelijk wanneer blijkt dat de resultaten anders zijn dan normaal.
De hooronderzoeken zijn volledig ongevaarlijk, hoogst gevoelig en erg specifiek.
In Duitsland worden deze test bij alle pasgeborenen aangeboden,
hoewel er hevige discussies gaande zijn, wie deze tests moet betalen.
Ahankelijk van het (juist) herkennen van een gehoorprobleem (en het
behandelen daarvan) eigenlijk afhangt diverse factoren van het kind;
- de sociale achtergrond,
- constant aanmoedigen van het kind
- leefomgeving
Dit zijn factoren die tot aan de dag van vandaag niet voldoende zijn opgenomen in vervolgonderzoeken.Verder zijn er kritische geluiden naar de noodzaak van deze hooronderzoeken, gezien de invloed die positieve en negatieve resultaten op de getroffen families kunnen hebben.
Welke procedure hanteerd men in andere landen?
In Zwitserland zijn er hierover verschillende regelgevingen binnen de
diverse cantons, een algemeen onderzoek alleen aangeboden als er
sprake is van een zwangerschap met een verhoogd risico op dit gebied.
Aan het Zurich University Hospital is al sinds 1999 een proefstudie aan
de gang met als doel deze procedure landelijk in te voeren.
In Duitsland worden onderzoeken landelijk aangeboden, maar deze zijn nog niet opgenomen in de behandelingsprotocollen.
Amerika en Zweden bieden alle pasgeborenen een hoortesten aan.Ze meten
de otoacoestische emissies bij het kind en doen dit tussen de eerste en
de derde dag na de geboorte.
In navolging van andere reeds bestaande hoortestprocedures, en hun correcte en verantwoordelijke toepassingen, zullen er verdere voorlichtende maatregelen moeten worden ingezet om bovengenoemde zaken en hun invloed op iemands leven in te zetten.
Hear the World, geschreven door Anke Winkler (vertaald uit het engels).
Bron: Hear the world / DovenTV