moeder
Nicole. ‘Dat ze niet goed kon horen is, is pas vastgesteld toen ze twee
jaar was. Haar spraak kwam niet goed op gang. We dachten dat ze wat
trager was door een aantal sterfgevallen binnen onze familiekring kort
na haar geboorte, en dat dat wel bij zou trekken. Toen ze twee jaar
werd en haar spraak nog niet goed op gang was, hebben we een hoortest
laten doen. Daaruit bleek dat Lucinde slechthorend was.’
Lange dagen
Nicole
en haar man Pieter Jan kozen er bewust voor om Lucinde naar een horende
peuterspeelzaal te laten gaan. ‘Ze kon nog redelijk goed horen, daarom
wilde we haar graag zoveel mogelijk spraak aanbieden’, vertelt Nicole.
‘Bovendien vonden we het ondoenlijk om een kind van tweeënhalf jaar met
een taxi naar school te laten gaan. Ze maken dan zulke lange dagen.’
Nicole en Pieter Jan zijn wel meteen begonnen met het leren van
gebarentaal: ‘Zeker toen het gehoor van Lucinde verder achteruit ging
was het fijn dat we een basiskennis van de Nederlandse Gebarentaal
hadden. Via gebarentaal konden we toch enigszins met haar
communiceren’.
Toen Lucinde naar de kleuterklas ging was haar
gehoor te slecht voor het regulier onderwijs, daarom ging ze naar
Effatha. Om ook contact te houden met kinderen uit de buurt ging
Lucinde een tot twee dagen per week naar een horende school in de
buurt. De dagen op Effatha duurden lang. Lucinde moest ’s ochtends
vroeg opstaan om op tijd in de taxi te zitten en ze kwam vaak pas tegen
16.30 uur weer thuis. ‘We probeerden haar na de taxirit wel altijd even
buiten met een bal te laten spelen, zodat ze nog even wat frisse lucht
kreeg en zich even kon uitleven’, vertelt Nicole. ‘Je kon merken dat ze
dat nodig had. De hele dag opletten en dan na schooltijd nog anderhalf
uur in de taxi, dat is niet bevorderlijk voor een kind.’
Een tolk in de klas
Nicole
en Pieter Jan besloten uiteindelijk om hun dochter te laten integreren
in het regulier onderwijs. ‘We waren ontevreden over de kwaliteit van
het speciaal onderwijs en wilden dat Lucinde meer in de horende wereld
integreerde’, vertelt Nicole. Lucinde gaat sinds groep 5 vijf dagen per
week naar een horende basisschool. De extra ondersteuning die Lucinde
nodig heeft zijn geïntegreerd in het lesprogramma. Zo krijgt ze vier
ochtenden per week anderhalf uur een-op-een les van een remedial
teacher. ‘Lucinde bloeide helemaal op. Na schooltijd hoefde ze niet
meer in de taxi, maar kon ze lekker buitenspelen.’
Elke dag is
er een tolk aanwezig in de klas. ‘De tolkvoorziening is raar geregeld’,
zucht Nicole. ‘Als een doof of slechthorend kind een dag per week
integreert op een horende basisschool, dan moet je je als ouders in
allerlei bochten wringen om de tolkuren vergoed te krijgen. Gaat
datzelfde kind vijf dagen per week naar het regulier onderwijs, dan
krijg je alle tolkuren zonder problemen vergoed.’
De voordelen van een tolk
‘De
tolken zijn erg belangrijk voor Lucinde’, vertelt Nicole. ‘De tolk is
de oren en de stem van Lucinde. De tolk vertaalt voor Lucinde wat de
meester en de kinderen vertellen en ze vertaalt voor de meester en de
kinderen wat Lucinde vertelt. Lucinde heeft laatst een spreekbeurt
gehouden. Ze stond voor de klas en vertelde in gebarentaal wat ze
voorbereid had en de tolk heeft alles gestemtolkt. Op die manier kan
Lucinde net als haar klasgenoten een spreekbeurt houden.’
Verder
zorgt de tolk ervoor dat Lucinde meekrijgt wat er om haar heen gebeurt.
‘Zonder deze informatie zou Lucinde niet begrijpen waarom de meester
opeens boos wordt op een ander kind’, vertelt Nicole. ‘Nu weet ze
precies wat er gebeurt en ontdekt ze ook de sociale grenzen: wat is
sociaal geaccepteerd in de horende maatschappij en wat niet.’
Fanatieke atlete
Tijdens
het buitenspelen na de taxiritten ontdekte Nicole dat Lucinde erg goed
met een bal kan omgaan en ook heel goed kan sprinten. Toen Lucinde haar
zwemdiploma’s gehaald had, is ze op atletiek gegaan. De trainers
ontdekten al snel dat ze veel aanleg heeft voor deze sport. Dat Lucinde
talent heeft, bewees ze in 2007: ze werd Nederlands kampioen estafette.
‘Ik probeer altijd de eerste, tweede of derde plek te halen, want dan
krijg je een medaille. Als je vierde bent, dan is het jammer, want dan
is er vaak geen medaille’, gebaart Lucinde terwijl ze trots haar
behaalde medailles toont. Ze traint twee keer per week: op woensdag met
tolk en op zaterdag zonder tolk. ‘De tolk heeft Lucinde vooral nodig in
het contact met de andere kinderen en de trainer, en niet zozeer voor
het atletiek zelf’, vertelt Nicole. ‘Je hoeft haar niet uit te leggen
hoe ze moet hoogspringen. Als je het haar laat zien, dan weet ze
genoeg, daar heeft ze geen woorden voor nodig.’
`De trainers
vertelden me in het begin: ‘je hoeft niet te kunnen horen om goed te
kunnen zijn in atletiek, mevrouw’. Dat was zo fijn! Als ouder van een
doof kind loop je vaak tegen problemen aan. Het is fijn als de
buitenwereld ook eens met je meedenkt’, glimlacht Nicole. De trainers
van Lucinde willen een cursus gebarentaal gaan volgen om beter met
Lucinde te kunnen communiceren. En ook op andere fronten wordt de sport
voor Lucinde toegankelijk gemaakt: ‘In het begin gaf ik Lucinde bij de
wedstrijden 60 meter sprint een startsein zodra ik het startschot
hoorde. Door dit ‘visuele starten’ verloor ze kostbare tienden van
seconden’, vertelt Nicole. ‘Nu hebben we met de officials in de regio
afgesproken dat ze het startpistool naar beneden afvuren als Lucinde
deelneemt aan de wedstrijd. Lucinde kan dan vanuit haar ogen het
vlammetje zien en zo op tijd starten.’
Een tolk regelen
Lucinde
heeft nu een vaste groep tolken om zich heen waar ze het goed mee kan
vinden. ‘We hebben geprobeerd tolken te vinden die goed bij Lucinde
passen en waar Lucinde een klik mee heeft. Ze moet er immers wel de
hele dag mee samenwerken’, vertelt Nicole. ‘Onze vaste tolken hebben we
gevonden via Tolknet en via-via.’
`Zo zet ik een tolk
in` is een initiatief van Tolknet. Stichting Tolknet wil dat de
communicatie van doven, slechthorenden en doofblinden met andere mensen
zo goed mogelijk verloopt door het inzetten van tolken. Tolknet streeft
ernaar dat iedereen op de hoogte is van de mogelijkheid om tolken in te
zetten en dat meer mensen van deze mogelijkheid gebruik maken. Daarom
voert Tolknet twee belangrijke taken uit: voorlichting en bemiddeling.
Meer informatie: www.tolknet.nl.
Bron: doof.nl