amper een vierde van de lesuren (7 van de 30) krijgen ze specifieke ondersteuning door een gebarentolk.
Tijdens
de andere lesuren zitten de dove leerlingen daar maar te zitten. Ze
moeten zich behelpen met liplezen, een haast onmogelijke opdracht. Of
ze mogen een beroep doen op de notities van andere leerlingen. In elk
geval verkleinen op die manier hun kansen om het hoger onderwijs te bereiken.
De
belangenorganisatie van de Vlaamse dovengemeenschap, Fevlado, trok voor
drie leerlingen uit Gent en een uit Leuven naar de rechtbank van eerste
aanleg. De weigering om voldoende gebarentolken ter beschikking te
stellen, is een discriminatie, zegt Fevlado.
Sinds het
Gelijkekansendecreet van 2008 moeten bedrijven en overheidsinstellingen
redelijke aanpassingen aanbrengen voor mensen met een handicap. Dat
geldt ook voor de secundaire scholen waar de vier dove leerlingen les
volgen.
In Leuven gaf de rechter de familie van de dove
leerling geen gelijk. In Gent daarentegen volgde er een belangrijke
principe-uitspraak voor de dovengemeenschap.
De discussie in
dergelijke zaken draait dikwijls rond de vraag: wat is een redelijke
aanpassing? Men kan niet van elk café of restaurant eisen dat het
toegankelijk is voor een rolstoelgebruiker. Maar grote bedrijven en per
definitie overheidsbedrijven moeten wel de nodige aanpassingen
aanbrengen.
In Nederland krijgen dove leerlingen in het
secundair onderwijs tijdens alle lesuren ondersteuning van een
gebarentolk. Ook in de Angelsaksische en Scandinavische landen staat de
bescherming van gehandicapten tegen discriminatie een flink stuk verder.
De
rechter in Gent heeft zich door die voorbeelden laten inspireren, zegt
Stefan Sottiaux, een van de advocaten en docent grondwettelijk recht
aan de universiteit van Leuven. 'De rechter zegt bijna letterlijk: wat
in Nederland mogelijk is (100 procent ondersteuning, red.), moet hier
ook kunnen.'
Volgens Sottiaux is de uitspraak in Gent een eerste
toepassing in ons land van het Gelijkekansendecreet. Dat decreet
verplicht overheidsinstellingen en particuliere organisaties redelijke
aanpassingen te doen voor mensen met een handicap. Doen ze dit niet en
beschikken ze over voldoende financiële middelen, dan maken ze zich
schuldig aan discriminatie.
'Redelijke aanpassingen is een vaag
begrip', zegt Sottiaux. 'De discussie draait vaak om geld. Wij hebben
geargumenteerd dat het budget Onderwijs voldoende groot is om de
begeleiding van die zestig dove leerlingen te dragen.'
'De
Vlaamse Gemeenschap heeft dat tot mijn verwondering niet betwist. Het
geld is er, geeft men toe, alleen zijn er volgens Onderwijs te weinig
gebarentolken beschikbaar.'
'Maar dat is de omgekeerde wereld.
Telkens als het budget voor gebarentolken wordt opgetrokken, worden er
voldoende kandidaten gevonden om de dove leerlingen te begeleiden. Het
knelpunt is dat de job van gebarentolk vandaag bij ons niet
aantrekkelijk genoeg is.'
De Vlaamse Gemeenschap kan nog hoger
beroep aantekenen tegen de uitspraak of een minnelijke schikking
sluiten met de ouders. Toch stelt de dovengemeenschap enige hoop in het
aantreden van Pascal Smet als minister van Onderwijs. 'Dat de nieuwe
minister naast Onderwijs ook Gelijke Kansen onder zijn bevoegdheden
heeft, biedt toch perspectieven', zegt Maartje De Meulder van Fevlado.
www.fevlado.be
Bron: De Standaard
__________________________________________________________________________________________________________________________
Dove leerling zonder tolk: aanwezig en toch spijbelen
Ronny
Van Landuyt is een van de ouders die naar de rechter stapte omdat zijn
dochter Sylvie (17) onvoldoende begeleiding van een gebarentolk krijgt.
'Mijn dochter gaat wel naar school, maar door het gebrek aan
ondersteuning zit ze vaak met haar vingers te draaien. Ze leest een
boek, of doet iets anders. Het gaat eigenlijk om spijbelen. Sylvie is
er wel, maar kan de lessen niet volgen. Heel frustrerend voor haar.'
'Mijn
eerste dochter kreeg nog 12 uur per week begeleiding van een
gebarentolk, maar dat is voor Sylvie verminderd tot zeven uur. Sylvie
kan de notities van de leerkracht op het bord wel lezen, maar ze mist
de uitleg erbij en begrijpt er daardoor weinig van. Les volgen is zo
een lijdensweg. Een medeleerling heeft speciaal voor Sylvie een cursus
gebarentaal gevolgd. Fantastisch, maar dat zou men niet aan een
leerling moeten overlaten.' Ronny Van Landuyt is blij met de uitspraak
van de rechter, maar blijft voorzichtig. 'De uitspraak is positief,
maar nu moet ook de praktijk in de klas positief evolueren.'
Bron: De Standaard
__________________________________________________________________________________________________________________________
(30/07/2009) Vlaams parlementslid N-VA
Helga Stevens
Helga Stevens roept Vlaamse regering op om geen beroep aan te tekenen
“Beroep aantekenen tegen het recht van dove leerlingen op meer tolkuren
zou asociaal en onbegrijpelijk zijn, een echte kaakslag voor de
betrokkenen en bij uitbreiding voor alle personen met een handicap”.
Dat is de mening van Vlaams volksvertegenwoordiger Helga Stevens (N-VA)
na de uitspraak van de rechtbank van eerste aanleg te Gent.
“Vaak zien we dat dove leerlingen in het regulier onderwijs het
moeilijk krijgen. De beperkte ondersteuning zorgt er voor dat heel wat
talenten van leerlingen gewoon verloren gaan. De beperkte ondersteuning
werkt minder goede schoolresultaten, zittenblijven en zelfs meer kans
op werkloosheid in de hand.” Op lange termijn heeft de overheid dus
alleen maar voordelen bij de betere ondersteuning.
Helga Stevens heeft voormalig Vlaams minister van onderwijs Frank
Vandenbroucke steeds voorspeld dat als hij zelf het aantal tolkuren
niet zou verhogen, dit recht voor de rechtbank afgedwongen zou worden.
In het door de vorige regering goedgekeurde ‘gelijkekansen en
gelijkebehandelingsdecreet’ wordt het recht op redelijke aanpassing
geëxpliciteerd.
Het decreet zal ongetwijfeld nog voor meer personen met een handicap
een instrument betekenen om de betere dienstverlening waar zij recht op
hebben af te dwingen.
Beter statuut voor de tolken
In het Vlaams parlement heeft Helga Stevens zich steeds actief ingezet
voor meer tolkuren, maar ook voor een beter statuut voor de tolken.
“Met een beter statuut zouden ongetwijfeld meer tolken instappen. En
ook meer tolkuren per leerling zullen het werk aantrekkelijker maken.
Nu moeten de tolken vaak rondhotsen tussen verschillende scholen om
voldoende uren bijeen te sprokkelen”, aldus Helga Stevens.
Na tientallen jaren beloftes is de begeleiding nog steeds ondermaats en
amper uitgebreider dan toen Helga Stevens (ondertussen 41) zelf nog
school liep. In Nederland, Engeland, Denemarken en Zweden werd
ondertussen een volledige tolkondersteuning gerealiseerd.
De Vlaamse regering heeft dus een dubbele taak: het aantal tolkuren op
korte termijn sterk uitbreiden en het statuut van de tolken verbeteren.
Daar moet werk van gemaakt worden in plaats van tijd en geld te
verspillen aan verdere procedureslagen.
Bron: politics.be